Jan soen wilner (wijlen) (Hanrick) Claes Wouters Gherit
soen wilner (wijlen) Zijb Betten als man ende momboir Marie sijnre huijsvrouw
ende met hem Steven Willem Stevens als man ende momboir Heijlwige sijns wijffs
dochters wilner (wijlen) Hanrick Claes Wouters voirs Een huijs hoff met sijn
gronde ende erffe daer aen liggende ende daer toe behorende hen ghesamentlijck
als sij seeden toe behorende dats te weten Jan voirs voir een vierendeel, Gherit
voirs oeck voir een vierendeel, ende Steven voirs voor de helft also groot ende
alsoe cleijn als dat aldaer gelegen is inde parochie van Tilborch aen die Stenen
Camer, tussen erffe joffre Margriet van Haestrecht cum pueris (met haar
kinderen) deen sijde ende deen eijnde ende tussen erffe Gerit van Eethen dander
sijde ende metten anderen eijnde aen die ghemeijn straet aldaer als sij seede
supportaverunt (hebben overgegeven) Jannen Henrick Gerit Smulders more solito et
promiserunt (zoals gebruikelijk en zij hebben beloofd) elck sijn ghedeelte
te waren more solito dempto (zoals gebruikelijk behalve) dat Jan uit de ghehele
huijs hoff ende erffe voirs gelden ende betalen sal jaerlix een halff mud rogge
erffpacht Kathelijn Meeus te gelden Item daer toe noch te gelden ende te betalen
Jacoppe Hanrick Claes Wouters ii mud rogge erffpacht die welcke te loss staen na
Jacoppen voirs doot ende niet eer met xx Rijnsguldens tegen het mud ende alle
anderen commer ende calangie daer op comende aff te doen datum xxviii januarij
anno xxi scabini Beris en Meijnarts.