Menu

Akten Schepenbank Tilburg

Akte R-1547-14-7938-76r

Cornelis Lambrecht Willems als man van Cornelia dochter van wijlen Ariaen Cornelis Hermans heeft geloofd als schuldenaar te betalen aan Gherit zoon van wijlen Gherit Reijnen een jaarlijkse en erfelijke cijns van 85½ stuiver elk jaar met lichtmis uit huis hof met grond en erfenis daaraan liggende groot ca 8 lopensaet, gelegen te Tilburg aan die Postelstraet tussen:
Jan Wouter Gherits een zijde en een einde
Matheus Wouter Gherits ander zijde
de Postelstraet ander einde.
Nog uit een stuk land genaamd die Bocht groot ca 5½ lopensaet gelegen tegenover het voors. huis aan de straat aldaar tussen:
Matheus Wouter Gherits een zijde
Ceelen Hoeve van Claeus Zegers en anderen ander zijde
de weduwe van Cornelis Jan Sijmons met haar kinderen een einde
de Postelstraet ander einde.
Nog uit een stuk land groot ca 5 lopensaet, gelegen aldaar tussen:
Matheus voors. een zijde
Adam Cornelis Sijmons ander zijde
Peter Jan Reijnen een einde
de Postelstraet ander einde.

Te mogen lossen altijd met lichtmis met 75 karolus gulden van 20 stuivers of die waarde in ander goed geld daarvoor samen met de jaarcijns en achterstel met Sint Jansmis tevoren op te zeggen. En ook het Gherit voors. gelieven zal de voors. hoofdsom te hebben en dat goeds tijds aan Cornelis of zijn nakomelingen met Sint Jansmis tevoren opgezegd zal hebben, zo heeft Cornelis voors. geloofd super se et bona sua etc. met lichtmis daarna de voors. hoofdsom samen met alle onbetaalde achterstel te betalen.

1547, februari 26

Bewerkt door: J.R.O. Trommelen



Zoeken in website: De Hasselt voor 1832