Menu

Akten Schepenbank Tilburg

Akte R-1597-14-7988-43r

Kennelijck zij eenen ijegelijcken dat voor ons schepenen ondergschreven sijn gecomen ende gecompareert Cornelis soone wijlen Emberdt Jan Maeussoon daer moeder aff was Catharine dochter Anthonis Pieterssoon van Beurden voor hem selve, Sebastiaen soone wijlen Daniel Gheridt Hermans nagelaten weduwaer wijlen Henricxken sijne huijsvrouwe dochter wijlen Emberdt ende Catharine voirs., Daniel soone Sebastiaen Daniels oijck voirs. voor hem selve, Cornelis soone Willem Henrick Smolders als man ende momboir Jenneken sijne huijsvrouwe dochter Sebastiaen voirs. ende Gheridt soone wijlen Daniel Gheridt Hermans met Jannen soone wijlen Cornelis Sijmon Reijnkens als metten geordonneerde momboir ende toesiender over Jannen, Huijberden, Catharine, Adriana ende Marija broeders ende susteren onmondige ende onbejaerde kijnderen Sebastiaen ende Henricxken voirs. daervoir de momboir ende toesiender boven genoempd tot tgene hiernae volgende is sterck maeckende ende geloofden Marija dochter wijlen Lambert Aerdt Sibben nagelaten weduwe wijlen Emberdt voirs. geassisteert met Jannen haren soone ende Peteren soone Jacob Jan Sijmons als man ende momboir Aleijdt sijne huijsvrouwe dochtere wijlen Emberdt ende haer Marija voirs. vuijt cracht van coope ende transport vanden vuijtcoope gedaen voor een derde gedeelte vande goeden ... bij wijlen Emberdt voirs. tegens Jannen Cornelis Sijmon Reijnkens als man ende momboir Marija sijne huijsvrouwe dochtere wijlen Emberdt ende Catharinne voirschreven, ende hebben vande erffelijcke goeden op henluijden bestorven naer doodt Emberdt voirs. vervallen een erffdeijling gemaeckt in vuegen ende manieren hiernaer beschreven volgende,

Overmits de welcke soo is den voirs. Cornelis te deele gevallen ende sal hebben houden ende erffelijck voor sijne portie besitten een stuck erffenisse tot weije ende saijlant liggende twee lopensaet oft daeromtrent begrijpende nochtans etc. Tilborch ter plaetsche geheijten Creijven aldaer tusschen erffenisse Marija met hare kijnderen voirs. deen zijde, ende tusschen erffenisse Sebastiaenen oick met sijne kijnderen dander zijde, streckende vande erffenisse de weduwe ende kijnderen Gharidt Peter Jan Ghenen totter ghemeijne strate ut dicebat aldaer ende noch t derde halven vuijt eenen stuck saijlants int geheel twee lopensaet oft daeromtrent begrijpende nochtans etc. binnen de prochie ende plaetsche voirs. dat derde halve tusschen erffenisse Sebastiaenen met sijne kijnderen voirs. aen beijde zijden, streckende vande erffenisse de kijnderen Cornelis van Ghierl ut dicebant (zoals zij zeiden) op welcke twee parchelen voirs. de andere deijlluijden volcomentlijck hebben vertegen ten behoeve van Cornelissen voirs. met overgeven etc. ende hebben gelooft Sebastiaen, Daniel, Cornelis, Jan ende Peter voirs. op hen selven ende op all henne goeden hebbende ende vercrijgende ende de momboir metten toesiender over de ... de onmondige kijnderen goeden oijck hebbende ende vercrijgende dit overgeven etc. ende alle commer etc. wel verstaende of de selven Cornelis op dit sijn gedeelte eeniche commer hijnder of last quame met recht dat alsulcke commer etc. dwelck zij deen den anderen etc., datum xvii junij 1597, scabini Vet et Borchmans.

Hiertegens soo is den voirschreven Sebastiaenen met sijnen kijnderen voor genoempt te deele gevallen ende sullen of de voirs. Sebastiaen mede of sijn kijnderen alleen naede lantrecht ... hebben houden ende erffelijck besitten een huijs hoff metten gronde ende erffenisse daeraen liggende ende daertoe behoirende twee lopensaet oft daeromtrent begrijpende nochtans etc. Tilborch ter plaetsche geheijten aen t Creijeven aldaer tusschen erffenisse Marija weduwe Emberts met haren kijnderen voirschreven deen zijde ende tusschen erffenisse Cornelis Emberts voirschreven dat hier tegens gedeijlt is dander zijde, streckende vande erffenisse de weduwe ende kijnderen Gheridt Peter Jan Maes Ghenen totter ghemeijne strate, ende noch t derde halven bedeijlt vuijt eenen stuck saijlants int geheel twee lopensaet oft daeromtrent begrijpende nochtans etc. binnen de prochie ende plaetse voirs. dat derde halven tusschen erffenisse Cornelis voirs. dat hier tegens gedeijlt is deen zijde ende tusschen erffenisse Marija met haren kijnderen oick voirschreven dat hier tegens insgelijcx gedeijlt dander zijde, streckende bij erffenisse Jan Jan Daniel van Beurden doude totter erffenisse der kijnderen Cornelis Janssoon van Ghierl ut dicebat, op welcke huijs metten erffenisse voirs. die andere deijlluijden voormeld hebben vertegen ten behoeve de kijnderen Sebastiaens inne manieren voirs. met overgeven etc. ende hebben gelooft Cornelis Jan ende Peter op hen selve ende all henne etc. dit overgeven affgaen ende dese erffdeijlinge altijt vast etc. ende alle commer oft calangie etc. vuijtgenomen dat die voirs. kijnderen hier vuijt ghelden een halff mudde roggen tsiaers erffpachts aen Marija weduwe Emberts Jan Maeussoon met hare kijnderen volgende de brieven daeraff sijnde, noch een halff lopen rogge tsiaers erffpachts de pastorije binnen Tilborch te vergelden, noch twee gulden v st tsiaers aen Jan Cornelis Gheridt Hermans te betalen, noch aen Hendrick Aertssoon tot Beeck een intrest van dertich carolus guldens eens te betalen, noch seven oirt tsiaers gewinchijns aen Lucas van Ammerzoijen tot Oisterwijck te betalen, noch te gedooghen dat Marija met hare kijnderen voirs. sullen behouden om dese erffenisse weghen ende stegen gelijck zij wederomme Sebastiaen met sijne kijnderen om henne erffenisse sullen weghen ende stegen, ende voirts alle pachten renten ende chijnsen te betalen die op voirschreven erffenisse int geheel bij Embert Jan Maeussoon achtergelaten ende nu gedeijlt souden mogen comen egeen daeraff vuijtgescheijden all de welcke de voirs. Daniel ende Cornelis op hen selve ende de momboir metten toesiender bovengenoemt oick de verbijntenisse der onmondige kijnderen hebbende ende vercrijgen alsoo gelooft hebben te gelden, te gheven, te betalen aff te lossen ende te quiten in dachen ende termijnen daertoe staende ende geordonneert sijnde, dat die andere deijlluijden ende henne goeden die daermede belast souden mogen wesen daeraff ... sullen sijn ende blijven ten eeuwiche daghen sonder argelist, datum et scabini ut supra,

Hiertegens soo is de voirschreven Marija met haren kijnderen boven genoempt te deele gevallen, ende sullen tsamen ende onbedeijlt hebben houden ende erffelijck voor henne portie vuijt secker voirs. besitten, een schuer turffschop metten gronde ende erffenisse daeraen liggende ende daertoe behoirende twee lopensaet oft daeromtrent begrijpende nochtans etc. Tilborch ter plaetsche geheijten aen t Creijven aldaer tusschen erffenisse de kijnderen Sebastiaens voirs. dat hier tegens gedeijlt is deen zijde ende tusschen erffenisse Cornelis Adriaen Somers dander zijde, streckende vande erffenisse de weduwe metter kijnderen Gheridt Peter Jan Maes Ghenen totten ghemeijne strate, ende noch een stuck twee halven bedeijlt in een stuck saijlants int geheel twee lopensaet oft daeromtrent begrijpende nochtans etc. binnen de prochie ende plaetsche voirs. dat derde halve tusschen erffenisse der kijnderen Sebastiaens voirschreven dat hier tegens gedeijlt is deen zijde, ende tusschen erffenisse Cornelis Jan Willems van Gorp dander zijde, streckende vande erffenisse de kijnderen wijlen Peter Michiel Wouterss totten erffenisse de kijnderen Cornelis Janss van Ghierl ut dicebat, op welcke schuer turffschop metten gronde ende erffenisse voirschreven die andere deijlluijden volcomentlijck hebben vertegen ten behoeve van Marija met hare kijnderen boven genoempt met affgaen etc. ende hebben gelooft Cornelis Daniel ende Cornelis op hen selven ende de momboir metten toesiender boven genoempt onder de verbijntenisse de onmondige kijnderen goeden hebbende ende vercrijgende dit overgeven etc. ende alle commer etc. vuijtgenomen dat de voirs. Marija met haren kijnderen vuijt dit henne gedeelte sullen vergelden drije carolus guldens tsiaers aen Peter Gheridt Reijnen te betalen te lossen metten somme van vijftich carolus guldens eens ende welcke de voirs. Marija alsoo ghelden ende met hare kijnderen gelooft heeft super se et bona (op zich en zijn goederen) te gelden, ende te betalen ten dache ende termijn daertoe staende ende geordonneert sijnde dat die andere deijlluijden ende henne goeden die daermede etc. ende daertoe te gedooghen dat de kijnderen Sebastiaen Daniel Gheridt Hermans over dese erffenisse sullen weghen ende steghen ... soo als recht is gelijck sij Sebastiaen of sijne kijnderen, haer Marija met haer kijnderen sal weghen, wel verstaende of de selve Marija met haeren kijnderen op dit henne gedeelte eenich anderen commer hijnder of last quame met recht die meer dan boven genoempt staet dat etc. datum et scabini ut supra.



Zoeken in website: De Hasselt voor 1832