Gerard Joost de Beer als momboir, en Michiel Jan van Helvoord als toesiender over de twee onmondige kinderen wijlen Goijaard Jan van Helvoord daer moeder af was Geertruijd Joost de Beer, met consent en autorisatie van heeren wethouderen alhier, inne dato sesden october seventien hondert drie en vijftig op heden vertoont, cedunt aan Bartel van Rijssel, eerstelijk een half huijs aan den noorden kant schijdende op de graat van de schou, tussen dese en de wederhelft ten suijden, met den hof daer aen groot drie vierde lopensaet ofte daer ontrent, gestaen en gelegen alhier onder Tilborg ter plaetse de Hasseld aldaer oost de straet, suijd Peter Corsten, west Norbert Leenhouwers, en noord de straet,
Item een parseel uijtgesteke blekkelingveld groot een lopensaet ofte daer ontrent, gelegen als voor, in de Oude Nieuwe Velden, aldaar oost ..., suijd Adriaen de Roij, west den Langendijk en noort de gemeente, beijde los en vrij, uijtgenomen wegen etc. ende heeft etc. gelovende etc. en allen verholen commer etc. pro ut in forma, actum den agsten december seventien hondert drie en vijftig.
Cooppen: en slagen 102 gulden hier op betaald, bij de vest 27 gulden.