Menu

Akten Schepenbank Tilburg

Akte R-1772-14-8113-140v

Alsoo Helena van Giersbergen, in huwelijken staat versaamt ende gealieert is geweest met wijlen Norbart Jan van Aal, bij denwelken sij egtelijk geprocreert heeft drie kinderen, met naame Maria, oud vijfftien, Johannes, oud tien, en Dingena, oud vijff jaaren, ofte elk daar omtrent, het is nu sulcx dat deselve haar wederom ten anderen huwelijk begeeven wil met Jan Baptist Momboirs, dienthalven soude sij naar costhume locaal verobligeert weesen met haare kinderen aff te deelen, maar heeft in plaatse van dien op heeden voor heeren scheepenen alhier gemaakt staat ende inventaris met prisatie der haaff, meubilaire en andere roerende goederen, waar uijt komt te blijken dat haare haaff, meubilaire en andere roerende goederen komen te monteren eene somme van twee hondert twee guldens ses stuijvers, waar tegens aan lastige loopende schulden eene somma van hondert agt en seventig gls: ses stuijvers, en haare erffgoederen zijn bestaande in een huijs, stal en schuur en dertien loopensaaten hoff, ackerland en weijde, gestaan en gelegen alhier onder Tilborg, ter plaatse het Laar, item een halff huijsken bestaande in twee woningen, met drie L hoff en ackerland gestaan en gelegen als voor, aan de Hasselt, item drie L weijde gelegen onder Goirle, item vier hont hooijland gelegen onder Waalwijk, en een parceel uijtgesteeken putten gelegen onder Gilze, alles herkomstig van de voorn: kinderen haar vaders zijde, en vijfftien L schaarbosch en heijbodem gelegen alhier onder Tilborg, door voorn: Norbart Jan van Aal staande huwelijk met voorn: Helena van Giersbergen aangekogt, alles op den voorn: inventaris breeder vermelt, waar toe ten deesen werd gerefereerd. Zoo zijn op heeden dato deeses voor etc. gekoomen ende gecompareerd de voorn: Jan Baptist Momboirs en Helena van Giersbergen, bruijdegom en bruijd ter eenre, Augustinus Adriaan Jansen als momboir en Adriaan van Giersbergen als toesiender over de voors: minderjarige kinderen ter andere zijde, dewelke verclaarden met malkanderen aangegaan ende gemaakt te hebben een minnelijk ende vriendelijk accoord, contract ende transactie in manieren als volgt, te weeten, dat zij eerste van de tweede comparanten hebben aangenoomen de voors: kinderen op te brengen ende te alimenteeren in kost ende drank, kleeding etc., tot dat deselve zullen gekoomen weesen tot henne mondige dagen, huwelijk, etc. ende als dan aan jder deselver uijt te keeren eene somma van vier guldens, d'een stervende des anders portie daar meede vermeerderende, waar voor zij eerste comparanten sullen hebben en in vollen vrijen eijgendom blijven behouden de voors. haaff, meubilaire en andere roerende goederen, mitgaders de volle togte der voorn: erffgoederen geduurende het leven van de bruijd, en verder als hier naar gestipuleert, mits betaalende alle de lastige loopende schulden des boedels, geene uijtgesondert.
Verders is geconditioneert dat naar doode van haar beijder eerste comparanten alle henne als dan naar te laatene goederen, mitsgaders de erffgoederen door des bruijds voorn: overleedene man staande huwelijk met haar aangekogt op den voorn: inventaris gemelt, egalijk sullen gepart ende gedeelt worden, soo wel bij de voors: voor, als de in desen huwelijk te verweckene naarkinderen, in capitatum hooft voor hooft, elk etc. uijtgenoomen dat de voorkinderen zullen voor uijt hebben alle de erffgoederen van haar vaders zijde herkomstig meede op den voorn: inventaris gemelt, mitsgaders al het geene van haar vaders zijde zal komen aan te sterven, als meede voor uijt genieten de voorgemelde uijtkeeringen in geval sij deselve als dan nog niet mogten genooten hebben, gelijk meede de naarkinderen sulllen voor uijt hebben eene somma van hondert guldens, bij den bruijdegom ten dessen huwelijk ingebragt, mitsgaders al het geene van des bruijdegoms zijde sal komen aan te sterven.
Ende ingeval den bruijdegom eerst quam afflijvig te worden 't zij met met off sonder kind off kinderen uijt deesen huwelijk verwekt naar te laaten, soo sal de bruijd blijven in 't volle besit van den geheelen imboedel, en genieten de volle togte van alle de voorgemelde erffgoederen geduurende haar leven.
Ende ingeval de bruijd eerst quam afflijvig te worden 't zij met of sonder kind off kinderen uijt deesen huwelijk verwekt naar te laaten, soo sal den bruijdegom meede blijven in 't volle besit van den geheelen imboedel, en genieten de volle togte der voorn: erffgoederen door des bruijds voorn: overleedenen man staande huwelijk met haar aangekogt geduurende zijn leven als meede de togte der voorgenoemde erffgoederen van de voorkinderen haar vaders zijde herkomstig geduurende de alimentatie der selve kinderen en langer niet.
Ende sal ten opzigten van de comparanten ter andere zijde, in henne voors: qualiteijt hier op versogt worden de approbatie van heeren drossaard en scheepenen deser Heerlijkheid als oppermomboiren der weesen in deesen, naar welkers obtenu en approbatie de voorn: pathijen contractanten belooven deesen in alle sijne poincten etc. renuntieerende etc. verbindende etc. , pro ut in forma.
Aldus gedaan ende gepasseert voor ende ten overstaan van etc.. Actum den agt en twintigsten september 1700 twee en seventigh.



Zoeken in website: De Hasselt voor 1832