Compareerde voor etc., Norbart Laurens Brokken,
eerder weduwenaar van wijlen Anna Maria van Hees, wonende, alhier, ter
eenre, en Cornelis, Hendrik en Laurens Norbart Brokken, Gerard van Loon
als in huwelijk hebbende Anna Maria Brokken, mitsgaders nog den voorn.
Cornelis Brokken in qualiteit als momboir en Jan van Hees als toeziender,
over de minderjarige Peter, Gijsbert en Hendrica Brocken, alle kinderen
van voorn. Norbart Laurens Brocken, in huwelijk verwekt aan voorn. nu
wijlen zijne eerdere huisvrouw Anna Maria van Hees, mede wonende alhier,
ter andere zijde, te kennen geevende dat den comparant ter eenre, en de
comparanten ter andere zijde, ingevolge het contract tusschen hun voor
leden dezer municipaliteit gepasseert den 9 december 1799 waar aan ten
deeze cortheids halve word gerefereerd, als nu met elkanderen te hebben
aangegaan en gemaakt de navolgende afdeeling erfscheijding der
erfgoederen, dewelke den comparant ter eenre met voorn. zijne overledene
huisvrouw in 't gemeen te bezitten plagt, volgens inventaris daar van
almede voor leden uit de municipaliteit alhier gepasseert den 16e november
1799, zijnde men op zigten de meubilaire en andere roerende goederen
onderling geaccordeerd en overeengekomen, waar omtrent geene nadere
deeling zal behoeven plaats te hebben als dezen daar van wederzijds
ontslaande bij deeze,
Overmits dewelke, zoo is Norbart Laurens
Brokken voorn., bij blinde lotinge ten deele bevallen, en zal dienvolgens
voor zijne portie hebben, behouden en in wettigen eigendom erffelijk
blijven possideeren,
Eerstelijk, een halff huis, naar den
zuijdenkant, scheidende op de graat van de schouw, met schop de helft in
het gebruijk en onderhout van de put en de helft van den hoff mede aan den
zuijdenkant, zoo als is afgereent, zamen groot een loop ofte daar omtrent,
gestaan en gelegen alhier te Tilburg, aan de Hasselt, aldaar oost de
straat, west D.J. van Hogendorp, zuijd Leonardus van Tulder, en noord de
kinderen van Norbart Laurens Brokken voorn. met de wederhelft van gem.
huijs en hoff, belast met de helft in negen en een halff vaten rogge
jaarlijx, aan't Weeshuijs in den Bosch, en de helft in eene stuijver St.
Steve chijns jaarlijx aan D.J. van Hogendorp alhier,
Item een parceel
ackerland, groot drie loop, ofte daar omtrent, gelegen als voor, ter
plaatze voors., oost de kinderen Norbart Laurens Brokken, west Leonardus
van Tulder, zuijd Norbart Pijnenborg en andere, en noord D.J. van
Hogendorp, zijnde voors. goederen te zamen belast met de helft in eenen
Schepene gelofte groot in capitaal tweehondert gulden, a 4 prct, ten
behoeve van Gerard Peijnenborg,
Item, met de helft in een Schepene
gelofte, groot eenhondert en zeventigh guldens capitaal, iets min of meer,
a 3 1/2 prct, ten behoeve van Justinus Clijsen, welke beide voors.
capitalen, den condivident in deze, voor de helfte, ten zijnen lasten is
neemende bij het passeeren deezer, zijnde de wederhelft ten laste van de
verkrijgers van het volgende lot,
En zal
den condivident van dit lot in vergelijk van caveling, trekken en genieten
van de verkrijgers van het volgende lot, de somme van hondert guldens,
eens, te betalen binnen twee maanden na dato van het passeeren deezes.
Overmits dewelke, zoo is Cornelis, Hendrik en Laurens Brokken, Gerard
van Loon als in huwelijk hebbende Anna Maria Brokken, mitsgaders nog den
voorn. Cornelis Brokken in qualiteit als momboir en Jan van Hees, als
toeziender over de minderjarige Peter, Gijsbert en Hendrica Brocken, alle
kinderen van voorn. Norbart Laurens Brokken, in huwelijk verwekt aan
wijlen voorn. zijne eerdere huijsvrouw Anna Maria van Hees, te zamen, bij
blinde lotinge ten deele bevallen, en zullen dienvolgens voor hunne portie
hebben, behouden en in wettigen eigendom erffelijk blijven
possideeren,
Eerstelijk een halff huijs naar den noordenkant,
scheidende op de graat van de schouw, met de geheele schuur en stal onder
een dak, als mede de helft van den hoff, aan den noordenkant, zoo als is
afgereent, groot zamen een loop, ofte daar omtrent, gestaan en gelegen
alhier te Tilborg, aan de Hasselt, aldaar oost de straat, west D.J. van
Hogendorp, zuijd Norbart Laurens Brokken, met de wederhelft, en noord
Martinus Nooijens, belast met de helft in negen en een halff vaten rogge
jaarlijx aan't Weeshuijs in den Bosch, en met de helft in eene stuijver
St. Steeve chijns jaarlijx, aan D.J. van Hogendorp alhier,
En
laastelijk, een parceel zoo weide als land, groot drie loop, ofte daar
omtrent, geleegen als voor, ter plaatze voors., aldaar oost en noord D.J.
van Hogendorp, west Norbart Laurens Brokken, en zuijd Dingena van
Aal,
Zijnde gemelde goederen te zamen belast met de helft in eenen
Schepene gelofte, groot in capitaal tweehondert guldens, a 4 prct, ten
behoeve van Gerard Pijnenborg, en met de helft in een Schepene gelofte,
groot eenhondert en zeventigh gulden capitaal iets min of meer, a 3 1/2
prct, ten behoeve van Justinus Clijsen cum suis, welke beide voors.
capitaelen, de condividenten in dezen, voor de helft ten hunnen lasten
zijn neemende bij het passeeren deezes, zijnde de wederhelft ten lasten
van de verkrijgers van het vorige lot,
En zullen de verkrijgers van dit
lot, in vergelijk van caveling moeten uitkeeren aan de verkrijger van het
voorige lot, de somme van eenhondert guldens, eens, te betalen binnen twee
maanden na dato van het passeeren deezes.
Voorts is tusschen parthijen condividenten, wel expresselijk
geconditioneert en ondersprooken, dat elk van hun zijn aanbedeelde zal
aanvaarden van stonden aan, met de lasten, pagten en chijnsen van den jare
1800.
En wijders, dat ider op zijn aangekaveld deel en lot, zal moeten
gedogen en onderhouden, alle wegen, steegen etc., gelovende etc., en alle
verhoolen commer etc. pro ut in forma.
De condividenten verclaren, dat
voors. goederen geen leen subject zijn, aan het Leenhoff in den
Bosch.
Aldus gedaan ende gepasseert, voor en ten overstaan van etc.,
die etc..
Actum den zeven en twintigsten januarij
agtienhondert.