Menu

Akten Schepenbank Tilburg

Akte R-1803-14-8128-183v

Kennelijk zij eenen igelijken, dat voor schepenen van Tilborg ondergenoemd zijn gekomen ende gecompareerd, Adriaan Beeris, wonende te Delft, Hendrik van de Vloet, als in huwelijk hebbende Maria Beeris, en Martinus Schalken als momboir, en voorn. Hendrik van de Vloet, als toeziender, over de twee minderjarige kinderen van wijlen Peter Beeris, daar moeder van was Elizabet Schalken, dewelke te zamen hebben gedaan ende gemaakt, deze navolgende erffscheijdinge en deilinge der goederen gekomen van wijlen Jan Peter Beeris en Pitronella van der Meijs, hunne ouders en groot ouders, zaliger, respective,

Overmits dewelke zoo is Hendrik van de Vloet, als in huwelijk hebbende Maria Beeris, bij blinde lotinge ten deele bevallen, en zal dienvolgens voor zijne portie hebben, behouden, en in wettigen eigendom erffelijk blijven possideeren:
Een parceel weij, groot twee loop, ofte daar omtrent, gelegen alhier te Tilborg, ter plaatze de Hasselt, aldaar oost Dionisius van Tulder, west Theodoris Smarius, zuijd de straat, en noord Theodoris Smarius,
En een parceel ackerland, groot een loop, ofte daar omtrent, geleegen als voor, ter plaatze voors., aldaar oost Laurens Jansens, west Theodoris Smarius, zuijd en noord den mistweg,
En zal den condivident van dit loth, in vergelijk van caveling, moeten uitkeeren aan den verkrijger van het laaste loth, de somme van twintig gulden, die bij het passeren dezer zijn voldaan.

Overmits dewelke, zoo is Martinus Schalken als momboir en voorn. Hendrik van de Vloet, in qualiteit als toeziender, over de twee minderjarige kinderen van wijlen Peter Beeris, daar moeder van is geweest Elizabet Cornelis Schalken, en dus ten behoeve van dezelve, bij blinde lotinge ten dele bevallen, en zullen alzoo voor hunne portie hebben, behouden, en in wettigen eigendom erfelijk bliven possideeren:
Een pareel ackerland, groot een loop, ofte daar omtrent, gelegen alhier te Tilborgh, ter plaatze de Hasselt, aldaar oost den mistwegt, west Martinus Jan Coijen, zuijd Jan Baptist Daams, en noord Jan Baptist Brouwers,
En een parceel ackerland, groot twee en een halff loop, ofte daar omtrent, gelegen als voor, ter plaatze voors., aldaar oost de wedwe Johanes de Beer, west Jan Baptist van Beurden, zuijd den mistwegt, en noord Jan van Beurden,
En zal den condivident van dit lot, in vergelijk van caveling, moeten uitkeeren aan de verkrijger van het volgende laaste loth, de somme van vijftig guldens het geen bij het passeren dezes is geschiet.

Overmits dewelke, zoo is Adriaan Beeris, bij blinde lotinge, te deele bevallen, en zal dienvolgens voor zijne portie hebben, behouden, en in wettigen eigendom erffelijk blijven possideeren,
Eerstelijk een parceel ackerland, groot een en een halff loop, ofte daar omtrent, gelegen alhier te Tilborg, ter plaatze de Hasselt, aldaar oost den H: Geest Armen alhier, west den mistwegt, zuijd Martinus Jan Coijen, en noord Jan Baptist Daams,
En een parceel ackerland, groot een loop, ofte daar omtrent, gelegen als voor, ter plaatze voors., aldaar oost den mistwegt, west Gerard Cooijen, zuijd de kinderen van Norbert Coolen, en noord den mistwegt,
En zal de verkrijger van dit lot, in vergelijk van caveling, trekken en genieten, te weeten, van den condivident van het eerste loth, twintig gulden, en van den condivident van het tweede loth, vijftig gulden, dus van hun beiden te zamen de somme van zeeventig guldens, eens dewelke bij het passeren dezer zijn voldaan.

Voorts is tusschen partheijen condividenten wel expresselijk geconditioneert en ondersprooken, dat ijder van hun zijn aanbedeelde zal aanvaarden van stonden aan, met de lasten van den jare 1804,
En wijders dat ider op zijn aangekaveld deel en lot, zal moeten gedogen en onderhouden, alle weegen, steegen etc., ende hebben etc., gelovende etc., en allen verholen commer etc., pro ut in forma,
Aldus gedaan ende gepasseert, voor ende ten overstaan van etc., die etc., actum den vijffentwintigsten junij 1800 drie.



Zoeken in website: De Hasselt voor 1832