Menu

Akten Notarieel Archief Tilburg

Akte R-1822-115-175-4

Compareerde voor mij Johan Adriaan van Meurs openbaar notaris residerende te Tilburg hoofdplaats van het kanton, arrondissement van 's Hertogenbosch Provincie Noord Braband, in tegenwoordigheid van de nagenoemde getuigen.
De heer Michiel van Liemdt rentenier en grondeigenaar wonende te Tilburg.
Dewelke bij deze tegenwoordige acte, onder belofte van vrijwaring van evictie, hijpotheken, substitutien en alle andere hoegenaamde beletselen, heeft verkogt, afgestaan opgedragen en overgegeven, aan Maria Momboirs weduwe van Adriaan Peijnenborg rentenierse en grondeigenaresse mede te Tilburg woonachtig, hierbij tegenwoordig en accepterende, koopersse voor haar zelve, hare erfgenamen of recht verkrijgenden.
Een huis thans gebruikt wordende tot twee woningen, met schop hof en erve groot omtrend vier roeden dertig ellen nederlandsche maat /: dertien roeden oude Bossche maat :/ staande en gelegen te Tilburg aan de wijk Westheijkant ter plaatse genaamd het Goirke, gequoteerd L H No. 659 en belend oost Cornelis van Dijk, zuid de straat, west de kinderen Wilhelmus van Asten en desselver wedue thans huisvrouw van Theodorus van Bebber en noord Jacobus de Greeff.
Zoo en in dier voegen als gemelde huis met schop hof en erve zich bevind, gestaan en gelegen is, en met alle zoodanige voor en nadelige servituten als alhetzelve is hebbende, zonder daarvan iets uittezonderen of te reserveeren, verklarende de vrouwe verkrijgster daaraan voldoende bekend te zijn, zich daarmede te vreden te houden, en daarvan geene nadere aanduiding of omschrijving te begeeren.
Om door gemelde verkrijgster daar mede te kunnen doen en handelen als met goed haar in vollen eigendom toebehorende, en even als den verkooper het recht had, te rekenen van stonden aan, edoch zal dezelve daarvan niet in gebruik kunnen treden, dan, voor zoo veel betreft het gedeelte in gebruik geweest bij nu wijlen Maria van den Berg, te half april achttien honderd twee en twintig, en zoo veel aangat het gedeelte in gebruik bij de kinderen Vermeer, te half april achttien honderd drie en twintig, zullende de verkrijgster echter ten haren periculen kunnen invorderen en genieten, de huur van het laaste gedeelte, zoo over het lopende jaar, als over dat met half april achttien honderd drie en twintig verschijnende.
De verkooper is eigenaar van het bij deze verkogte, huis schop hof en erve, als hem zijnde aangekomen bij successie van Gerardus Arnoldus Witlokx en Johanna Maria Arnoldus Witlokx, ingevolge acte van verdeeling gepasseerd voor mij notaris den dertienden junij achttien honderd een en twintig behoorlijk geregistreerd.
Zijnde dezen verkoop en koop geschied onder de verpligting van de verkrijgster die zich verbind: 1. Om te zullen betalen de regten en kosten, dewelke wegens dit kontrakt zullen worden verschuld, 2. Om te zullen betalen de lasten en impositien van welken aard of natuur die zouden mogen zijn, waarmede het voormelde huis schop hof en erve belast is of bij vervolg belast zoude mogen worden, te reken van den eersten januarij dezes jaars achttien honderd twee en twintig.
En bovendien voor eene somme van negen honderd en tagtig guldens, dewelke de voornoemde verkooper heeft erkend en verklaard, reeds voor dato dezes uit handen van de kooppersse weduwe Adriaan Peijnenborg te hebben ontvangen, en waarvoor hij dus bij deze haar is kwitantie gevende.
Parthijen verkiezen voor de uitvoering dezes, domicilie ten hunnen woonhuize binnen deze gemeente.
Gedaan en gepasseerd te Tilburg ten woonhuizen van de comparante koopersse wijk Westheijkant, den elfden januarij achttien honderd twee en twintig, in tegenwoordigheid van de heeren Gerardus Drabben schoolonderwijzer en Johannes Norbart Castelijns, bakker, beide wonende te Tilburg, als getuigens, die deze met de comparanten en mij notaris na gedane voorlezing hebben getekend.



Zoeken in website: De Hasselt voor 1832